1. |
Wetgevend kader |
|
|
2. |
Begroting |
2.1. |
Definitie |
2.2. |
Begrotingsprincipes |
2.3. |
Totstandkoming |
2.4. |
De begroting op de politieraad |
2.5. |
Het toezicht op de begroting |
2.6. |
Voorlopige kredieten |
2.7. |
De structuur van het begrotingsdocument |
2.8. |
De economische codes in detail |
|
|
3. |
De politieboekhouding en het financieel beheer |
3.1. |
Budgettaire - Algemene boekhouding - Samenhang algemeen en budgettair |
3.2. |
Rekeningstelsels: algemeen - individueel |
3.3. |
Boekingsregels |
3.4. |
De uitgavenprocedure |
3.5. |
De ontvangstenprocedure |
3.6. |
Het boeken van dagelijkse verrichtingen met budgettaire oorsprong |
3.7. |
Bijzondere dagelijkse verrichtingen en dagelijkse verrichtingen zonder budgettaire oorsprong |
|
|
4. |
De jaarrekeningen |
4.1. |
Wetgeving |
4.2. |
Algemene bepalingen |
4.3. |
Het model van de begrotingsrekening |
4.4. |
De afsluitverrichtingen van de budgettaire boekhouding |
4.5. |
De afsluitverrichtingen van de algemene boekhouding |
4.6. |
De opmaak van de jaarrekeningen: de opdracht van de bijzondere rekenplichtige |
4.7. |
De verificatie van de jaarrekeningen door het politiecollege |
4.8. |
De vaststelling van de jaarrekening |
4.9. |
De stemming van de jaarrekening door de politieraad |
4.10. |
De vaststelling van de jaarrekening door de politieraad |
4.11. |
De bekendmaking en de openbaarheid van de jaarrekening voor de bevolking |
4.12. |
De goedkeuring van de rekeningen |
4.13. |
De herziening van de jaarrekeningen |
4.14. |
De vaststelling van de bedragen van de jaarrekening door de provinciegouverneur: beroepsmogelijkheden |
4.15. |
De uitdrukkelijke motiveringsplicht en de rekening |
4.16. |
De waarde van de goedkeuring van de jaarrekening |